Ze begint heel veel en heel gedetailleerd te vertellen. Waarom ze steeds weer wacht op een actie van een ander: “…die gaat morgen dit doen als het goed is, en dan weet ik …” “Hij heeft gisteren een mail verstuurd aan … en als het goed is krijgt hij daar voor het einde van de week antwoord op en dan kan ik …”

De woordenstroom gaat steeds sneller, haar toon wordt ietsje hoger, haar ademhaling gaat omhoog.

Ze vertelt dit verhaal in haar intervisiegroep, die ik begeleid. Ik onderbreek haar en vertel wat me opvalt. Ik vraag aan haar en aan de groep: “Herkennen jullie dit?”

Ja.

Ik vraag aan haar: “Wat is het gevoel dat erbij hoort voor jou, in deze situatie?”

“Ik voel me machteloos…”

Ik zie drie dingen:

  1. Deze dame is de grip kwijt op de situatie en vindt dat erg frustrerend. Vanuit haar machteloosheid zoekt ze zekerheid in haar omgeving en dat maakt haar afhankelijk. Afhankelijk van de acties en meningen van anderen. Waardoor de machteloosheid niet afneemt, maar juist toeneemt.
  2. Het maakt haar ook besluiteloos, want haar besluit hangt af van de uitkomst van wat de ander in gang heeft gezet. Die besluiteloosheid versterkt wederom het gevoel van machteloosheid.
  3. Ze zocht steun bij anderen met haar verhaal. Door het verhaal steeds te vertellen, zonder concrete vraag aan de ander, versterkte zij nogmaals het gevoel van machteloosheid: Haar verhaal bevestigde steeds opnieuw haar machteloosheid.

We vervolgden de intervisie. Ik nodigde haar uit om te luisteren naar de analyses van de intervisiedeelnemers, en wat zij zouden doen in haar situatie, en waarom. Niet te reageren, maar te luisteren.

Tot slot concludeerde zij: Ik moet zelf een stap gaan zetten, de regie hernemen. Ik maak een plan met verschillende scenario’s waarin ik de opties en mogelijke acties voor mezelf uiteenzet. Ik zet de koers uit die nu het meest logisch is, met wat ik nu weet en die nu passend is en die ik kan uitleggen. Ik ga alvast de eerste stap zetten, los van wat de anderen doen. Daarop wachten heeft me niets gebracht, alleen stress.

Daar zit binnen drie kwartier een andere vrouw. Haar stem is weer lager, haar ademhaling en haar ogen rustiger. Ze straalt uit dat ze haar vak verstaat, dat ze wellicht de uitkomst nog niet weet, maar dat haar koers standvastig is. Ze is opgelucht, en de groep met haar. Ieder neemt er een les uit mee.

Ik deel mijn kennis, inzicht en ervaring over machteloosheid, de negatieve spiraal waar je ongewild in terecht komt én een weg daaruit. Hoe je dat patroon kunt doorbreken, zodat je de weg naar boven weer vindt.

Ieder die met deze situatie meedacht leerde iets, of had weer scherp wat voor hem of haar belangrijk is, waar ze wat aan hebben in hun eigen praktijk.

Wat heb ik een mooi vak!